Het D-woord

Ook ik ontkom er niet aan. Meewaaien, bedoel ik. Niet alleen heb ik een stukje geschreven over de erfgename van de dure hotels, ik ga nu ook iets schrijven over doping.

Kranten, radio en TV staan op hun kop. Er is een Duitser betrapt op dopinggebruik. De beste man had op 8 juni een te hoog testosterongehalte en dat mag niet. Nu is het zijn tragisch lot om voor een Duitse ploeg te rijden en bovendien was de Tour de France bezig. Daar was hij overigens al uit vertrokken, want hij was na een etappe tegen een toeschouwer aangereden en lag nu in het ziekenhuis. De toeschouwer ook, overigens. Vrouwe Fortuna lachte hem eerder uit dan toe, dezer dagen.

Was deze man een Spanjaard geweest, dan was er niets aan de hand. In Duitsland wordt namelijk verwoed gecontroleerd op doping om de wielersport schoon te maken. In Spanje niet. De grap is nu dat allerlei Duitse wielrenners betrapt en geschandpaald worden, terwijl de Spanjaarden (en Fransen en Nederlanders en Colombianen en...) vrolijk gedrogeerd rond blijven rijden. Scheisse passiert.

Laten we nu eens naar de afweging van een gemiddelde Tourrenner kijken. Doping nemen of niet?
Ja, want je lichaam herstelt beter en je komt tot betere prestaties. En dat is nodig, want je wordt geacht drie weken lang 200 km per dag door Frankrijk heen te jassen, door barre regens, in de hitte, over bergtoppen en in je eentje tegen de klok. Heeft u weleens 100 km gefietst op een dag? Ik wel en het idee daar nog 100 aan te plakken stond mij niet aan.
Nee, geen doping nemen, want je kunt gepakt worden. En iedere renner in de Tour heeft een wurgcontract moeten tekenen waarin verschrikkelijke sancties staan bij betrapping. Wat dacht u bijvoorbeeld van een boete van 500.000 euro. Ik heb me niet vergist in de nullen, het staat er echt. Bovendien mag je je beroep niet meer uitoefenen. In het dagelijkse leven moet je toch heel wat uithalen voor je zo'n straf krijgt. Een patiënt dood laten gaan is niet voldoende.

Die straf wordt opgelegd door dezelfde organisatie die de renners Frankrijk door jaagt, want spektakel moet er zijn, anders kijken wij niet en betalen de sponsoren niet. De organisatie die onmogelijke dingen vraagt van mensen, legt straf op als ze daarbij hulpmiddelen gebruiken die die onmogelijke dingen realiseerbaar maken.

En wij, publiek, smullen van de dramatiek en kopen netjes de spullen van de sponsoren.

Begrijpt u nu waarom ik stukjes schrijf, terwijl ik fietsen zo leuk vind?

Geen opmerkingen: